CO2 uitstoot wonen en werken | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | ||
468 | 455 | 410 | 355 | ||||
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||
Toelichting: | Opgesplitst was de CO2 uitstoot van wonen in 2020 in totaal 194 kiloton (2,3 ton per huishouden); van werken was dit in totaal 161 kiloton (2,1 ton per werknemer). De daling in het afgelopen jaar komt deels door een daling in de landelijke emissiefactor van elektriciteit en deels (vooral voor bedrijven) door minder gebruik van energie. In de benchmark met een selectie van een vijftal vergelijkbare steden uit de G40, zit Amersfoort samen met Leiden en Breda in de middenmoot als het gaat om de CO2 uitstoot voor wonen. Almere en Haarlem hebben een hogere uitstoot en Zwolle een lagere. Voor werken is de CO2 uitstoot in Amersfoort samen met Leiden en Almere het laagste van de zes steden. Er zijn geen streefcijfers voor benoemd. Voor meer informatie, zie de het dashboard duurzame stad op www.amersfoortincijfers.nl. De eenheid van de cijfers is kiloton CO2-equivalent. Het betreft, naast CO2, ook broeikasgassen zoals methaan, lachgas en bepaalde koelmiddelen. Het broeikaseffect van deze andere broeikasgassen is omgerekend naar het effect van CO2 (in zogenaamde CO2-equivalenten) om optelling van deze uitstoot mogelijk te maken. De cijfers zijn voor alle jaren iets gewijzigd ten opzichte van de cijfers in het jaarverslag 2020. Dit komt omdat Rijkswaterstaat voor sommige cijfers bijschattingen gebruikt op basis van historische trends. Elk jaar komen nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de historische trends en dus ook de bijschattingen veranderen. | ||||||
Energiegebruik wonen en werken | |||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | ||
5727 | 5682 | 5491 | 5441 | ||||
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||
Toelichting: | Opgesplitst in wonen en werken: het energiegebruik van wonen was in 2020 3.145 terrajoules; voor werken was dit 2.296 terrajoules. De cijfers zijn voor alle jaren iets gewijzigd ten opzichte van de cijfers in het jaarverslag 2020. Dit komt omdat Rijkswaterstaat voor sommige cijfers bijschattingen gebruikt op basis van historische trends. Elk jaar komen nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de historische trends en dus ook de bijschattingen veranderen. Er zijn geen streefcijfers benoemd. Voor meer informatie, zie het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl | ||||||
Opgewekte duurzame energie | |||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | ||
176 | 181 | 196 | |||||
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||
Toelichting: | De eenheid van de cijfers is Terrajoules. We kunnen hier geen cijfer van 2020 toevoegen, omdat de cijfers voor biomassa en hernieuwbaar gas (nog) niet beschikbaar zijn. Zonne-energie is van 103 TJ in 2019 gestegen naar 159 TJ in 2020. Er is een duidelijk stijgende trend in zonne-energie. Het cijfer in de tabel voor het jaar 2019 is het cijfer zonder biomassa (het cijfer is niet beschikbaar). In werkelijkheid is de totale opgewekte duurzame energie in 2019 (als biomassa bekend zou zijn) dus nog hoger.Opgesplitst in Zonne-energie en (hernieuwbaar) gas wekte Amersfoort in 2019 103 terrajoules zonne-energie op en 93 terrajoules (hernieuwbaar) gas. In de benchmark met een selectie van een vijftal vergelijkbare steden uit de G40, is Amesfoort in 2018 qua opwek van energie een middenmoter (cijfers voor 2019 nog niet beschikbaar): Almere, Breda en Zwolle scoren hoger; Haarlem en Leiden lager. Als het gaat om zonne-energie behoorde Amersfoort, samen met Almere en Zwolle in 2020 tot de steden met een snel stijgende lijn qua opwek. Amersfoort wekt meer zonne-energie op dan Leiden, Haarlem en Breda en minder zonne-energie dan Zwolle en Almere. Voor meer informatie, zie het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl. | ||||||
Gasverbruik wonen en werken | |||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | ||
116 | 114 | 112 | 109 | ||||
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||
Toelichting: | Het gasgebruik van wonen en werken daalt jaarlijks vanaf 2018. Opgesplitst naar wonen en werken was het gasverbruik in 2020 74,3 voor wonen en 35,3 voor werken. Dit cijfer is in miljoenen kubieke meter (m3). Door bijschattingen in de klimaatmonitor kunnen de cijfers iets afwijken van eerdere begrotingen of jaarverslagen. Er zijn geen streefcijfers voor benoemd. Voor meer informatie, zie het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl. | ||||||
% onverhard oppervlak | |||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | ||
56,2 | 56 | 56,7 | 56,9 | ||||
Bron: | Gemeente Amersfoort | ||||||
Toelichting: | De verhouding verhard en onverhard oppervlak in de openbare ruimte geeft inzicht in de mate van klimaatrobuustheid van de openbare ruimte. Hoe hoger het aandeel onverhard oppervlak, hoe makkelijker het is om regenwater op locatie te infiltreren. We hebben in totaal 16.857.005 m2 openbare ruimte en 9.586.081 m2 daarvan is nu onverhard. Dit is grotendeels openbaar groen, maar bestaat bijvoorbeeld ook uit halfverharding (grind- en waterdoorlatend substraat), moeras en water. Het is op dit moment de beste indicator om het vermogen van de stad te meten om als ‘spons’ te functioneren. Wel realiseren we ons dat de uitkomst sterk beïnvloed kan worden door de bouwopgave van de stad en dat deze opgave conflicterend is met de doelstelling om de stad te vergroenen en ontstenen. Het cijfer voor het jaar 2018 in de begroting 2020 was door een typefout onjuist. Voor meer informatie, zie de het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl. | ||||||
% scheiding huishoudelijk afval | |||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | ||
53 | 54 | 57 | 61 | ||||
Bron: | Grondstoffenmonitor | ||||||
Toelichting: | Het afvalscheidingspercentage is de hoeveelheid afval die inwoners apart scheiden. Hoe hoger dit getal, hoe beter er gescheiden wordt. Het gaat met name om de volgende stromen: grofvuil, gft, grof tuinafval, papier, glas, textiel, kunststof (pmd), klein chemisch afval. Wat er over blijft is restafval. Het streven is om in 2025 een scheidingspercentage van 70% te realiseren. Het afvalscheidingspercentage is sinds de start van omgekeerd inzamelen gestegen van 54% afvalscheiding per inwoner per jaar (in 2016, dit komt overeen met 213 kg restafval per inwoner per jaar), naar 61% afvalscheiding per jaar (in 2020). Er is 190 kg restafval per inwoner per jaar behaald in het jaar 2020. De invoering van omgekeerd inzamelen in de gestapelde bouw zal in 2022 starten. Nadat dit uitgevoerd is verwachten we 13,5 kg meer PMD, 5,7kg meer OPK en 15, kg meer GFT per gestapelde bouw bewoner behaald te hebben. De verwachting is dat de uitrol in de gestapelde bouw in 2025 uitgevoerd is. De communicatiecampagnes in de laagbouw en gestapelde bouw dragen ook bij aan bewustwording en betere afvalscheiding. We verwachten daarom in het jaar 2025 uit te komen op ongeveer 70% afvalscheiding per inwoner per jaar. |
Verplichte indicatoren
Deel van de elektriciteit die afkomstig is uit natuurlijke hulpbronnen die constant worden aangevuld, zoals uit wind, zon, waterkracht en biomassa. De indicator dient verplicht te worden opgenomen vanuit het rijk (Besluit Begroting en Verantwoording) en is te vinden op www.waarstaatjegemeente.nl. De vraag aan elektriciteit wordt in 2030 geschat op 3.024 TJ. In 2030 wil de gemeente Amersfoort 1.030 TJ hiervan uit hernieuwbare elektriciteit hebben opgewekt. Het streefcijfer voor 2030 is daarom 34%. Het streefcijfer voor 2025 is op de helft hiervan ingezet: 17%. Voor meer informatie over de energiemix, zie https://www.amersfoort.nl/project/amersfoort-co2-neutraal.htm. | |||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||
Indicator | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | Bron |
Hernieuwbare elektriciteit (%) | 4,3 | 5,6 | 7,8 | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat |
Toelichting verplichte indicatoren
Hernieuwbare elektriciteit (%) | Deel van de elektriciteit die afkomstig is uit natuurlijke hulpbronnen die constant worden aangevuld, zoals uit wind, zon, waterkracht en biomassa. De indicator dient verplicht te worden opgenomen vanuit het rijk (Besluit Begroting en Verantwoording) en is te vinden op www.waarstaatjegemeente.nl. De vraag aan elektriciteit wordt in 2030 geschat op 3.024 TJ. In 2030 wil de gemeente Amersfoort 1.030 TJ hiervan uit hernieuwbare elektriciteit hebben opgewekt. Het streefcijfer voor 2030 is daarom 34%. Het streefcijfer voor 2025 is op de helft hiervan ingezet: 17%. Voor meer informatie over de energiemix, zie https://www.amersfoort.nl/project/amersfoort-co2-neutraal.htm. |
---|